WILDLIFEFOTOGRAFIE

Als het donker wordt: 's avonds en 's nachts wildlife fotograferen

Je hoeft niet ver te reizen om in het donker opvallende foto's van wildlife te maken. Leer hoe je dicht bij huis prachtige foto's kunt maken bij weinig licht met deze tips van Marc Albiac, winnaar van de prijs voor Young Wildlife Photographer of the Year 2014.
De silhouetten van twee gehoornde geiten, de ene steigerend naar de andere, tegen een opvallende blauwe lucht bij schemering.

's Avonds en 's nachts wildlife fotograferen is een geweldige kans om het verborgen leven vast te leggen van dieren die meestal niet worden gezien als de zon opkomt. En je hoeft daarvoor echt niet naar de Serengeti of het regenwood van de Amazone te reizen. Lokaal kun je namelijk ook prachtige foto's maken, zodat dit type fotografie toegankelijk is voor iedereen met de tijd, de apparatuur en het geduld.

Hier geeft Canon-ambassadeur en winnaar van de prijs voor Young Wildlife Photographer of the Year 2014, Marc Albiac, zijn beste tips voor het fotograferen van wildlife bij weinig licht in je eigen omgeving.

1. Lokaal kun je geweldige foto's maken, mits je je in je onderwerp verdiept

Een vos die 's nachts bij een rotsachtige grot naar binnen kijkt.

Het kan lastig zijn om wilde dieren te vinden om te fotograferen, dus sommige fotografen gebruiken bepaalde geuren om dieren aan te trekken. Wildlifespecialist Marc Albiac wacht liever tot een dier spontaan opduikt, maar heeft advies voor iedereen die deze aanpak wil proberen. "Voor vossen of andere zoogdieren kun je bijvoorbeeld visolie gebruiken", zegt hij. Gefotografeerd met een Canon EOS-1D X Mark III met een Canon EF 8-15mm f/4L Fisheye USM-lens, ingesteld op 15 mm, 1/30 sec, f/7.1 en ISO1600. © Marc Albiac

Marc is van mening dat fotograferen in je eigen omgeving gezien moet worden als een kans om je volledig in je leefomgeving te verdiepen. Het is geen geheim dat het beste werk op dit gebied vaak gemaakt wordt door professionals die maanden op locatie doorbrengen, dus behandel je omgeving ook op die manier. Doe dit serieus en je zult zeker geweldige resultaten behalen.

Voor Marc gaat het erom alles uit je omgeving te halen. "Je zult waarschijnlijk meer tijd met deze dieren hebben doorgebracht en meer van ze weten dan wanneer je een week in Afrika olifanten hebt gefotografeerd."

Marc legt uit dat als je hier graag mee aan de slag wilt, je het beste kunt beginnen met je te verdiepen in het gedrag van je lokale wildlife, waar bepaalde soorten zich ophouden en hoe hun route door de stad of het bos eruitziet. "Onderzoek doen naar de dieren die je gaat fotograferen is net zo belangrijk als goed kunnen fotograferen", zegt hij.

Marc zegt dat het zijn fascinatie als tiener voor zoogdieren was waardoor hij met nachtfotografie is begonnen. "Ik begon op mijn zevende met het fotograferen van wildlife. Maar pas toen ik 14 of 15 was, begon ik 's nachts wildlife te fotograferen. Ik was erg geïnteresseerd in zoogdieren. 's Avonds en 's nachts heb je de meeste kans om die te spotten, want dat is wanneer ze uit hun schuilplaats komen."

2. Locatie en de juiste verlichting zijn belangrijke factoren

Een das op een boomstam boven een vijver. Zijn kop wordt weerspiegeld in het donkere water.

Als er één ding is dat Marc tijdens zijn jaren in het veld heeft geleerd, dan is het wel dat er overal dieren te vinden zijn. "'s Avonds en 's nachts is er altijd wildlife, vooral in steden, waar ze op zoek zijn naar iets te eten", zegt hij. Gefotografeerd met een EOS 5D Mark III (opgevolgd door de Canon EOS 5D Mark IV) met een Canon EF 16-35mm f/2.8L III USM-objectief, ingesteld op 28mm, 1/160 sec, f/4en ISO1600. © Marc Albiac

Het silhouet van een wild zwijn dat langs een bank met mensen erop rent, met erachter de skyline van de stad bij schemering.

Om 's avonds en 's nachts te kunnen fotograferen, moet je goed weten hoe je camera werkt. "Wanneer het licht steeds minder wordt, is het heel belangrijk om intuïtief te weten waar je je instellingen kunt vinden, met name je ISO-waarde en diafragma", zegt Marc. Gefotografeerd met een Canon EOS R5 met een Canon RF 70-200mm F2.8L IS USM-objectief ingesteld op 168mm, 1/25 sec, f/2,8 en ISO6400. © Marc Albiac

Marc kijkt vaak naar andere gevierde fotografen om ideeën op te doen en concepten te bedenken. "Ik haal veel inspiratie uit wedstrijden en awards, en duik in de profielen van alle betrokken fotografen," zegt hij. "Met name de Wildlife Photographer of the Year-wedstrijd in Londen is een bron van inspiratie voor mij."

De volgende stap is het vinden van de juiste locatie. Gebruik je lokale kennis om mogelijke plekken te vinden waar het dier van je keuze zich kan laten zien en blijf daarnaar teruggaan. "Blijf daar dag na dag heen gaan, want de eerste keer is er misschien geen enkel teken dat de dieren er zijn", legt Marc uit. "Maar als je er drie dagen achter elkaar naartoe bent gegaan, krijg je meestal wel iets te zien."

Wanneer je je locatie hebt gevonden, moet je rekening gaan houden met hoe die wordt verlicht. "Als je alleen het dier wilt verlichten, maak je opnamen met sluitertijden van ongeveer 1/100 seconde", zegt Marc. "Maar als je ook een deel van de leefomgeving wilt laten zien, moet je de camera instellen voor een lange sluitertijd."

Experimenteren met langere sluitertijden hoeft niet alleen een praktische keuze te zijn. Als je je in een stad met verkeer bevindt of misschien een zaklamp bij de hand hebt, is dit een geweldige kans om te experimenteren met lichtsporen.

"Als je natuurlijk licht of een zaklamp gebruikt, moet je langere sluitertijden gebruiken en werken met het grootste diafragma dat je met behoud van kwaliteit kunt gebruiken", zegt Marc. "Als je kunstlicht gebruikt, kun je de camera instellen op misschien 1/100 seconde. Het moet in ieder geval lager zijn dan 1/250 om te kunnen synchroniseren met de flitser."

Een lens zoals de Canon RF 50mm F1.8 STM heeft een groot maximaal diafragma dat ideaal is voor dit soort opnamen.

Wat Marc ook graag gebruikt, is een diffuser, vooral als het gaat om macrowerk. "Als ik kikkers, padden of salamanders fotografeer, kan hun huid nat zijn van de omgeving", legt hij uit. "Dat kan een onnatuurlijke reflectie geven en dan is het goed om een diffuser bij je te hebben om het licht te verzachten."

"Bij diffusers geldt meestal hoe groter, hoe beter, maar omdat dit macrofotografie was en het kleine dieren zijn, heb je geen grote diffuser nodig", zegt hij.

Als je geen diffuser hebt, kun je zelfs improviseren en iets anders als diffuser gebruiken of er thuis een van papier maken. "Ik heb er jaren geleden een online gekocht, maar er waren momenten dat ik hem niet bij me had. Toen heb ik zo'n ding gebruikt dat je in de zomer tegen de voorruit van de auto plaatst om het zonlicht te filteren. Het belangrijkste is dat je het flitslicht moet verzachten, dus je hebt iets nodig dat het licht breed laat uitwaaieren", legt Marc uit.

3. Begin met het fotograferen van kleinere dieren

Een vleermuis vliegt door een houten deuropening in een verlaten huis. Een grote open haard is zichtbaar op de achtergrond.

Wildlife laat zich 's avonds en 's nachts, vooral in de stad, in onverwachte en onwaarschijnlijke situaties opeens zien. Wees dus voorbereid. "Zorg dat je altijd een camera bij je hebt!" zegt Marc. Gefotografeerd met een Canon EOS-1D X Mark III met een Canon EF 8-15mm f/4L Fisheye USM-lens, ingesteld op 15 mm, 1/5 sec, f/9 en ISO800. © Marc Albiac

Marc zegt dat het fotograferen van kleine dieren gemakkelijker is dan grote zoogdieren. "Ik denk dat dat een eenvoudige manier is om met wildlifefotografie te beginnen, omdat je het kunt doen met alleen een macrolens, een camera en één flitser", zegt hij.

Een dergelijke minimale uitrusting is niet alleen beter voor de wildlifefotograaf maar ook voor de dieren zelf. Voor dit soort werk gebruikt Marc een eenvoudige flitser en de Canon EOS R6, Canon EF 100mm f/2.8 Macro USM en EF-EOS R-vattingadapter.

"Als ik macrofotografie doe, gebruik ik de minimaal benodigde uitrusting", zegt hij. "Ik wil zo kort mogelijk in de directe omgeving van de dieren zijn. Dat is beter voor hen en je krijgt daardoor natuurlijker foto's."

Degenen die hun creatieve grenzen willen verleggen, adviseert Marc om kleine dieren met een groothoeklens te fotograferen. Hij kiest daarbij voor de Canon EF 16-35mm F2.8 III USM vanwege het grote maximale diafragma bij weinig licht, maar je kunt ook de Canon RF 35mm F1.8 MACRO IS STM proberen. Met zijn lichte constructie, maximale diafragma van f/1.8 en macrovergroting tot 1:2 is dit het perfecte hulpmiddel voor close-upfotografie.

"Je moet rekening houden met alle elementen in het beeld", legt Marc uit. "Het is een grotere uitdaging, maar ik vind het mooi om de leefomgeving te laten zien."

Een van de dingen waarbij je met groothoek op moet letten, is dat er meer verlichting nodig is. "Als je alleen de kikker verlicht zoals je dat in een macrofoto zou doen, wordt de rest van het beeld donker", zegt Marc. "Je moet meer gebieden verlichten, zoals een boom, of je moet een lange sluitertijd gebruiken om meer natuurlijk licht te vangen."

Wanneer je eenmaal gewend bent aan de kleine, gemakkelijker te fotograferen dieren, is het misschien tijd om over te stappen op grotere nachtdieren. "Het eerste wat je moet weten is de locatie – waar laat het dier zich zien? Hoe kun je het tafereel verlichten om die beweging vast te leggen? Wat zou het dier gaan doen?" legt Marc uit. Als je eenmaal een idee hebt van hoe het dier zich in die ruimte zou bewegen, kun je niet veel meer doen dan voorbereid blijven, de juiste apparatuur bij de hand hebben en zorgen dat je instellingen kloppen.

4. Kies de juiste camera en instellingen

Het silhouet van een rotsachtig landschap met een gehoornd dier dat rechts in de verte zichtbaar is.

Door vroeg op een locatie te zijn, heb je de tijd om rustig alle voorbereidingen voor je foto te treffen, maar wees er alert op om met het veranderen van het licht de instellingen aan te passen. "Als je om 's middags om 5 uur begint, zul je voortdurend de sluitertijdinstellingen moeten aanpassen naarmate de zon verder ondergaat", zegt Marc. "Daarom is het belangrijk om rustig en gefocust te blijven!" Gefotografeerd met een Canon EOS R6 met een Canon EF 70-200mm f/4L USM-lens en EF-EOS R-vattingadapter ingesteld op 200 mm, 1/3200 sec, f/4 en ISO800. © Marc Albiac

Voor Marc is het kiezen van de juiste camera van essentieel belang en de Canon EOS R6 is de perfecte partner als allround optie bij weinig licht. Dankzij de baanbrekende automatische scherpstelling (AF) met oogdetectie kan de EOS R6 onderwerpen met een nog grotere nauwkeurigheid herkennen en volgen. Dat betekent dat zelfs als je onderwerp beweegt, zoals een vogel in de lucht, je nog steeds een scherpe foto kunt krijgen. Dankzij IBIS (Image Stabilizer in de body) is een statief niet nodig, zodat Marc met een flexibele, gestroomlijnde kit op pad kan.

"De IBIS in de EOS R6 maakt deze camera ideaal voor het 's nachts fotograferen van wildlife, omdat je bij weinig licht met lange sluitertijden kunt fotograferen", zegt hij. "Als je bijvoorbeeld een eind moet lopen voor een fotosessie, merk je hoe je ademhaling van invloed is op de manier waarop je de camera vasthoudt. Als je niet stabiel bent en in het donker fotografeert met een vrij lange sluitertijd, dan is IBIS van onschatbare waarde."

Naast zijn stabiliteit is maakt ook de mogelijkheid om bij hoge ISO-waarden ruisvrije beelden te maken de EOS R6 tot de voor de hand liggende keuze voor Marc. "Het is gek – ik gebruik geen ISO-waarden onder de 6400 en toch krijg ik altijd perfecte resultaten! Als het nodig is, kan ik zelfs naar ISO8000 gaan", besluit hij.

2. Wat zijn de beste lenzen voor wildlifefotografie? Lenzen zoals de Canon RF 50mm F1.2L USM – die goed presteert bij weinig licht – kunnen goed worden gecombineerd met de Canon EOS R6 voor natuurfotografie.

Wildlifefotografie bij weinig licht opent een heel nieuwe wereld van dierengedrag en kan opvallende en fantastische foto's opleveren. Gebruik Marcs tips om te zien wat je in jouw omgeving kunt vastleggen.



Geschreven door Jack Fittes

Gerelateerde producten

Gerelateerde artikelen