Je Canon-camera maakt het je gemakkelijk met verschillende belichtingsmodi waarmee je de belichtingsdriehoek kunt verschuiven. In de modus Programma (P) regel jij de ISO-waarde en selecteert de camera zowel de sluitertijd als het diafragma. Gebruik de modus Sluitertijdvoorkeuze (Tv) om de sluitertijd te wijzigen en de camera de algehele belichting te laten bepalen. En in de modus Diafragmavoorkeuze (Av) bepaal jij het f-getal en stelt de camera de juiste sluitertijd in. Je kunt Auto ISO selecteren of zelf de ISO-waarde instellen. In de modus Handmatig (M) kun je elke gewenste combinatie van diafragma, sluitertijd en ISO-waarde instellen.
EOS R System-camera's beschikken ook over een Fv-modus (Flexibele prioriteit). Hiermee kun je binnen dezelfde modus schakelen tussen het regelen van het diafragma, de sluitertijd, de belichtingscompensatie en de ISO-waarde. Als je een bepaalde instelling wijzigt, wordt de rest automatisch aangepast om de juiste belichting te behouden. Zo kun je de belichting veel sneller en gemakkelijker regelen.
Als je op deze manier de belichting aanpast, kun je creatieve effecten tot stand brengen. Door je foto's donkerder te maken, krijg je diepere kleuren en geef je je foto's meer sfeer, vooral bij landschapsfotografie. Als je de belichting verhoogt, krijg je lichtere schaduwen en krijgt de foto een modernere uitstraling.
Als je de functie reeksopnamen met belichting gebruikt, leg je een scène met verschillende belichtingen vast, waaruit je achteraf de foto kiest die je het mooist vindt. Kies tussen ±1 en ±3 stops op de belichtingsschaal en laat de camera de benodigde aanpassingen aan je instellingen maken.